Ik heb het wel maar je ziet het niet!
Dit blog is geschreven door Florian Allonsius, Junior Researcher Project "Meedoen?!", PhD-candidate
Een jaar geleden werd Bram* (17) door een auto aangereden op zijn scooter. Hij kreeg een flinke klap tegen zijn hoofd. Hij weet alles nog goed, ook dat hij een paar dagen in het ziekenhuis lag voor controle. De artsen spraken van licht-traumatisch hersenletsel en gaven hem bij ontslag het advies om een paar weken rustig aan te doen. De weken erna bleef Bram zich echter suf en vermoeid voelen. Hij kwam bijna nooit meer zijn kamer uit en ging een tijd niet naar school. Maanden later is Bram nog steeds niet de oude. Hij kan zich moeilijk concentreren, heeft nog hoofdpijnaanvallen, is niet fit genoeg om te sporten en is al moe na een halve dag school. Vrienden zeggen wel eens tegen hem: “jij hebt het wel makkelijk met zo weinig school”, maar dat vindt hij zelf juist heel vervelend.
Sinds kort wordt hij begeleid in een revalidatiecentrum. Hier leert hij om zo goed mogelijk met zijn klachten om te gaan en structuur aan te brengen in zijn leven. Bram denkt nog vaak aan het ongeluk en aan zijn actieve leven dat hij daarvoor had. Soms zegt hij tegen zijn ouders: “Ik wou dat mensen konden zien waar ik nog steeds last van heb. Ik lijk gezond, maar ik kan nog steeds niet meedoen met gym, voetbal of gewoon chillen.”
Niet-aangeboren hersenletsel (NAH) bij kinderen en jongeren komt veel voor en is helaas een toenemend probleem in Nederland. Elk jaar krijgen zo’n 19.000 kinderen en jongeren tot 24 jaar de diagnose NAH. Dat zijn maar liefst 2 schoolklassen per dag die te maken krijgen met een verkeersongeval, een klap tegen het hoofd, een beroerte, hersentumor of ontsteking in de hersenen. Doordat de hersenen na het letsel minder goed in staat zijn prikkels te verwerken dreigt deze groep vroeg of laat vast te lopen waardoor ze gezondheidsklachten krijgen. Dit zijn de onzichtbare gevolgen van hersenletsel. Behalve op de betrokkene heeft NAH ook impact op het gezin. Door de onzichtbaarheid is het voor buitenstaanders lastig om klachten bij jongeren met NAH te herkennen en de juiste hulp te bieden. We zien dat een op de twee jongeren daardoor pas na meer dan 6 maanden na het incident wordt aangemeld bij een revalidatiecentrum. De problemen worden niet geuit, niet erkend, of men weet de juiste route naar hulp niet te vinden, waardoor men onnodig lang tobt met vragen en problemen met alle gevolgen van dien.
Als onderzoeker bij Basalt werk ik samen met mijn collega’s aan het project ‘Meedoen Next Step?!’ dat wordt gefinancierd door de Hersenstichting. Er wordt samengewerkt met 13 verschillende revalidatiecentra in Nederland. Met dit project willen we binnen de zorgketen en daarbuiten meer bekendheid geven aan de minder zichtbare gevolgen van NAH. Bovendien ontwikkelen we een landelijk revalidatiebehandelprogramma zodat deze doelgroep de best mogelijke zorg krijgt, op de juiste plek en op het juiste moment. Dit project zorgt er hopelijk voor dat de onzichtbare gevolgen van hersenletsel voor iedereen “zichtbaarder” worden.
Voor meer informatie over het project, ga je naar: www.MeedoenNextStep.nl
*Bram is uiteraard een fictieve naam, de foto is niet van de persoon in kwestie.
Deel dit bericht:
Terug